Het gezin
van Bernard Roosendaal en Maartje Keesman
Inhoud
1. Bernard en zijn vrouw Maartje als pleegouders
In
1911 koos Dominee W.J. Rudolph (1862-1914) de plaats de Glind op de
Veluwe als vestigingsplaats voor de opvang van kinderen die niet in
het ouderlijk milieu konden opgroeien. De
kinderen werden opgevangen in gezinnen van gereformeerde
boeren en tuinders.
Bernardus
en Maartje reageerden op een advertentie van
de gereformeerde diaconie te Enkhuizen om enige jaren te werken in een
pleeggezin als gastouder. Ze deden dat in de periode 14-03-1916 tot 15-05-1919.
Het
was in die jaren niet gemakkelijk in Enkhuizen om als
landbouwer voor je gezin het brood te verdienen.
Het
jaarinkomen van Bernard in 1914 was 350 gulden.
Volgens de belastingaanslag voor het Stedelijke belasting te Enkhuizen: beroep
arbeider, woonadres Exterpad 388, aanslag 3
gulden en 18,5 cent.
Zijn
vader Dirk Roosendaal, beroep melkslijter en tuinder, wonend Staaleversgracht nr 472a deed het iets beter met een inkomen van 450
gulden per jaar en mocht 9 gulden en 65,5 cent belasting afdragen.
Het
leek daarom heel aantrekkelijk om in de Glind als pleegouders aan het werk te
gaan. Tegen een redelijke vergoeding van 2 gulden per
pleegkind per week, land en huis
vrij. Bernard en Maartje konden daarmee hun gezin een beter bestaan geven.
Ze
arriveerden op 14 maart 1916. Ze hadden
toen zes kinderen:
1. Emelia 12
jaar oud, overleden op 14 jarige leeftijd aan de Spaanse Griep op zaterdag 26-10-1918 op De Glind te
Barneveld.
Emelia wordt in 1904 doof geboren. Zij verbleef een hele tijd in het
doveninstituut Effatha te Dordrecht. Haar
moeder Maartje was zo blij dat toen zij 12 jaar oud was
in de Glind terug kwam en haar kon helpen in het drukke gezinshuishouden. |
2.
Cornelis 11 jaar oud.
3.
Petronella (Pietje) 10 jaar oud. Overleden 15 jaar oud
op 08-01-1922 in het Snouck van Loosenziekenhuis te
Enkhuizen, doodgebloed aan niet te stoppen bloeding tijdens ongesteldheid.
4.
Dirk 9 jaar oud.
5.
Johanna (Annie) 7 jaar oud.
6. Reinoutje (Reini) 1
jaar oud.
Ca. eind
1918 foto genomen voor een van de woningen van de Glindhorst
Zittend aan de tafel Bernard Roosendaal en
Maartje Keesman. Op de voorgrond
zittend van links naar rechts de
kinderen Cornelis, Dirk, en twee voogdij kinderen genaamd Blauw
Staand van links naar rechts Johanna (Annie),
Petronella (Pietje)geb. 1906 met haar hand op de
schouder van haar vader, daarachter een kostganger, daarnaast met witte
kraag Reinoutje (Reini),
daarnaast Emelia (geb 1904),
de andere kinderen horen ook bij het groepje van vijf voogdijkinderen welke
opgenomen waren bij Bernardus en Maartje.
N.B.
-
Zie website 100 jaar jeugddorp
De Glind het hoofdstuk ‘Een pachtersgezin uit Enkhuizen’
- Lees informatie over
de huidige situatie in de Glind.
Maartje Keesman vertrok op 13 september 1918 samen
met één van de kinderen en Emelia Broers, haar schoonmoede, naar Enkhuizen. Emelia Broers
die op bezoek was geweest wilde niet alleen terug
met de trein naar Enkhuize. Zij maakte het meest
ernstige treinongeval mee dat ooit in Nederland in de voorgaande jaren had
plaatsgevonden. Het gebeurde bij Weesp: de
trein ontspoorde en stortte van het spoordijktalud naar beneden met als gevolg
41 doden en 42 gewonden. Maartje Keesman en Emelia zaten
toevallig in de laatste wagon die boven op de dijk bleef hangen. Het heeft in
haar verdere leven diepe indruk achtergelaten.Maartje zei altijd als het ter sprake kwam: “het is een
wonder van de Heer dat we dit hebben overleefd”
Lees
verder over deze ramp en bekijk de foto op wikipedia treinramp Weesp 1918
Van links naar
rechts zijn de zien de kinderen Cor, Dirk op schoot bij vader Bernard Roosendaal,
Petronella geb.1906, Annie op schoot bij moeder Maartje Keesman en Emelia geb.1904
Foto
ca 1929
Van
links naar rechts, staand Cornelis 24 jaar, Johanna 20
jaar, Dirk 22 jaar en Reinoutje 15 jaar
Zittend Emelia 9
jaar (geb. 1920) , vader Bernardus 48 jaar
, moeder Maartje 50 jaar en Petronella (Nelly) 4 jaar (geb. 1925).